De belangrijkste verschillen tussen nanofiltratie (NF)-membranen en omgekeerde osmose (RO)-membranen zijn: waterfilters zijn hun filtratienauwkeurigheid, de soorten stoffen die worden verwijderd en toepassingsscenario’s. RO-membranen hebben de filtratienauwkeurigheid, met een poriegrootte van ongeveer 0,0001 micron, en kunnen alle opgeloste vaste stoffen verwijderen, inclusief bacteriën, virussen, zware metalen, zouten en alle organische stoffen. Daarentegen ligt de filtratienauwkeurigheid van NF-membranen tussen microfiltratie en omgekeerde osmose, met een poriegrootte van ongeveer 0,001-0,01 micron, en ze verwijderen voornamelijk tweewaardige en meerwaardige ionen (zoals calcium, magnesium, sulfaat), wat organisch materiaal en grotere moleculaire verontreinigende stoffen, terwijl enkele eenwaardige ionen (zoals natrium en chloride) er doorheen kunnen.
Wat betreft de soorten stoffen die worden verwijderd, kunnen RO-membranen ionen, opgeloste vaste stoffen, zware metalen (kwik, arseen), nitraten, fluoriden, bacteriën, virussen en organische verbindingen in water verwijderen, en alle opgeloste onzuiverheden worden verwijderd. NF-membranen verwijderen voornamelijk tweewaardige en meerwaardige ionen (zoals hardheidionen zoals calcium en magnesium), sommige organische verbindingen (zoals sommige pesticiden en meststoffen), kleuren en geuren, terwijl ze enkele eenwaardige ionen vasthouden (zoals natrium en chloor), dus Sommige natuurlijke mineralen in het water kunnen behouden blijven.
RO-membranen zijn geschikt voor toepassingen die een hoge zuiverheidsgraad van water vereisen, zoals drinkwaterzuivering, ontzilting van zeewater, industriële bereiding van ultrazuiver water en laboratoriumwater. NF-membranen zijn geschikt voor toepassingen waarbij een gedeeltelijke verwijdering van hardheid en een deel van het organische materiaal vereist is, zoals de zuivering van huishoudelijk drinkwater (met behoud van bepaalde mineralen), milde industriële afvalwaterzuivering, de verwerking van voedingsmiddelen en dranken, enz.